Aanschuinfrezen

Aanschuiningen, V-sneden, ondersnijding, voorbereiding voor het lassen en ontbramen langs werkstukranden zijn veelvoorkomende aanschuinfreesbewerkingen. Afhankelijk van het type machine en de configuratie, kunnen deze werkzaamheden op diverse manieren worden uitgevoerd. Een kleine vlakfrees, een lange snijkantsfrees, een vingerfrees of aanschuinfrezen kunnen worden gebruikt.

Keuze van gereedschappen

Aanschuinfrezen

De keuze van het aanschuingereedschap hangt af van verschillende factoren, zoals:

• Aanschuinbewerking aan de voor- of achterzijde.
• Fasehoek.
• Max. aanschuiningsdiepte.
• Te bewerken materiaal.

Bij aanschuinen aan de voorzijde, zal één van de belangrijkste overwegingen de beschikbare gereedschapsconfiguratie in de machine zijn. Voor achter-aanschuiningen, zal de gatgrootte de maat van de frees beperken en zo invloed hebben op de gereedschapskeuze. Doorgaans vragen kleine aanschuiningen bij inwendige bewerkingen om een volhardmetalen gereedschap vanwege toegankelijkheidsredenen, terwijl grotere kenmerken het mogelijk maken dat wisselplaatfrezen worden gebruikt.

Aanvullende frezen voor aanschuining

In 4- en 5-assige machines, waar de spil of het werkstuk kan worden gekanteld, kan een aantal gereedschappen worden gebruikt voor aanschuinen en ontbramen, zoals:

• 90 graden vingerfrezen.
• 45 graden vlakfrezen.
• Voor grote aanschuiningen kunnen lange snijkantsfrezen worden gebruikt.

Hoe te gebruiken

Snijgegevens

Normaal gesproken zijn de snedediepte, a_p, en breedte van de snede, a_e, klein in relatie tot de freesdiameter. Dit betekent dat de hogere snijsnelheidsaanbevelingen voor kleine aangrijpingen gebruikt moeten worden. De voeding per tand, f_z, kan ook aanzienlijk worden verhoogd. De vereisten van de oppervlakte-afwerking begrenzen f_z.

Aanschuinen van een gat

Terwijl sommige frezen zowel geschikt zijn voor aanschuinen als voor draadsnijden, is het mogelijk het gat aan te schuinen na het beëindigen van het draadsnijden, met behulp van hetzelfde gereedschap en wisselplaat. Dit wordt uitgevoerd door een circulair freespad te gebruiken, raadpleeg de programmeersequentie hieronder.

Nulpunt voor gereedschapslengte en radius

1. Positioneer de frees centraal boven het geboorde gat, terwijl de frees roteert, en beweeg axiaal naar de flensdiepte (Z = flenshoogte – aanschuinmaat).
2. Voed de frees, zodat deze aangrijpt met de radius compensatie (Y = gatradius).
3. Interpoleer 360.
4. Voed terug naar het midden van het gat.
5. Trek de frees terug.

Opmerking: Om de aanschuinmaat aan te passen, de Z wijzigen (pas niet de diameter aan, omdat dit kan leiden tot wrijven op het gat).